Buiktyfus
Buiktyfus is een bacteriële infectieziekte die wordt
veroorzaakt door het eten of drinken van besmet voedsel, water of melk.
De bacterie wordt vooral uitgescheiden via de ontlasting en urine van de
mens en kan direct via handen of indirect via vliegen overgebracht
worden naar voedsel en dranken. Eenmaal besmet kunnen de volgende
verschijnselen zich voordoen: toenemende koorts, vermoeidheid,
hoofdpijn, vage buikpijn, uitslag op borst en buik, obstipatie, soms
diarree en verminderde eetlust. Zonder behandeling verloopt de ziekte in
10% van de gevallen dodelijk als gevolg van de complicaties zoals
darmbloeding en/of perforatie.
Hoe vaak komt het voor?
Wereldwijd in landen met goede sanitaire voorzieningen komt het
sporadisch voor, en dan voornamelijk als importziekte.
Wat doe je eraan?
Voorzichtig zijn met het eten van rauw onvoldoende verhit voedsel of
geschild fruit (geen gewassen groente/fruit eten). Gebruik geen
kraanwater als drinkwater. Eet alleen wat goed gekookt en gebakken is of
fabrieksmatig geproduceerd. Eet alleen verpakt ijs en gebruik geen
ijsblokjes. Frequent handen wassen. Maar ondanks het strikt naleven van
preventieve hygienische maatregelen op reis kan men buiktyfus oplopen.
Daarnaast kan men zich tegen buiktyfus laten vaccineren met capsules
of per injectie indien er een verhoogd risico bestaat. Ook vaccinatie
biedt echter geen 100% bescherming. Een serie van 3 capsules (Vivotif ®)
beschermt meestal gedurende 1 jaar.
Gele Koorts
Gele koorts is een ziekte die in delen van Afrika en
zuid-Amerika voorkomt. In sommige landen is vaccinatie tegen gele koorts
verplicht als je het land in wilt.
Gele koorts is een infectieziekte die veroorzaakt wordt door een
virus. Het virus wordt door een beet van bepaalde tropische muggen
overgedragen. De ziekte veroorzaakt plotselinge koorts, hoofdpijn,
rugpijn, misselijk, braken, vermoeidheid, geelzucht en stoornissen in de
nierfunctie. Er kunnen bloedingen met name uit de mond en darmen
ontstaan. Het is een ernstige ziekte die in ongeveer een kwart tot de
helft van de gevallen een dodelijke afloop kent.
Hoe vaak komt het voor?
Gele koorts is een tropische infectieziekte die voorkomt in
Africa ten zuiden van de Sahara en in Zuid- Amerika. De meest
besmettingen vinden plaats in bosgebieden, maar af en toe zijn er ook
epidemieën in bewoonde gebieden.
Wat doe je eraan?
Er bestaat een goed vaccin tegen gele koorts. Deze vaccinatie
is 10 jaar geldig. Een aantal landen stelt deze vaccinatie verplicht
voor alle mensen die in het land willen reizen. Ook zonder deze
verplichting is het verstandig om je te laten vaccineren tegen gele
koorts. In Azië komt gele koorts niet voor. Toch hebben Aziatische
landen gele koortsvaccinatie verplicht gesteld, voor mensen die via een
land reizen waar gele koorts wèl voorkomt.
Hepatitus A
Hepatitis A, oftewel besmettelijke geelzucht, is een
relatief onschuldige variant van hepatitis. Door het eten van voedsel of
het drinken van water dat verontreinigd is, kan je besmet raken.
Volwassenen lopen hepatitis vaak op via hun kinderen, die zelf meestal
geen ziekteverschijnselen hebben. Volwassenen ervaren meer klachten die
maanden kunnen aanhouden. Aangezien hepatitis vooral in het buitenland
voorkomt, wordt reizigers naar bepaalde landen aangeraden om zich
ertegen te laten inenten.
Wat is het?
Iemand met hepatitis A heeft een ontstoken lever. Die
ontsteking wordt veroorzaakt door het hepatitis A-virus dat voorkomt in
de ontlasting van mensen die besmet zijn. Als u uw handen niet goed wast
na het toilet, kunt u besmet raken. Ook mensen kunnen elkaar besmetten.
Het is dus een heel besmettelijke ziekte.
Mensen lopen de besmetting meestal op via hun kinderen of op reis. De
reden is dat hepatitis vooral bij kinderen en in het buitenland
voorkomt. Niet iedereen die besmet is, wordt ook daadwerkelijk ziek.
De ziekteverschijnselen
Hoewel hepatitis A vaker voorkomt bij kinderen en jongeren dan
volwassenen, hebben zij er veel minder last van. Volwassenen hebben
meestal meer en ernstigere klachten. De ziekteverschijnselen treden na
twee tot zes weken op. Bij volwassenen gaat hepatitis A vaak gepaard met
geelzucht (de laatste drie symptomen).
Bij hepatitis A horen de volgende verschijnselen:
* ·vermoeidheid
* ·lichte koorts
* ·pijn in de bovenbuik
* ·misselijkheid
* ·gebrek aan eetlust
* ·huid en oogwit worden geel
* ·de urine wordt donker
* ·de ontlasting wordt grauw wit
De ziekte geneest meestal zonder medicijnen. Wel kan de patiënt weken
tot enkele maanden last hebben van bijvoorbeeld vermoeidheid. Het is
beter om geen alcohol te drinken zolang de lever ontstoken is. Als je
éénmaal hepatitis A gehad heeft, heb je afweerstoffen en kan je de
ziekte niet nog een keer krijgen.
Hoe vaak komt het voor?
In Nederland komt het hepatitis A-virus regelmatig voor. In
landen rond de Middellandse Zee en in de (sub)tropen komt het vaker
voor. Reizigers naar die landen lopen extra risico. Ook allochtone
kinderen die op vakantie zijn in hun land van herkomst vormen een
risicogroep.
De afgelopen tien jaar waren er jaarlijks ongeveer 800 tot 1200
ziektegevallen. Daarvan is 60% jonger dan 20 jaar.
Wat doe je eraan?
Reizigers naar risicovolle landen wordt geadviseerd zich te
laten inenten. De GGD in de regio kan je adviseren of dat nodig is.
Verder kan je besmetting met het virus voorkomen door te zorgen voor
goede hygiëne:
* Was de handen na het toilet.
* Was de handen voor het bereiden van voedsel.
* Verhit het voedsel zo goed mogelijk.
* Zorg voor goede en schone sanitaire voorzieningen.
Wanneer er iemand in het gezin hepatitis A heeft, kan je veel doen om
verdere verspreiding tegen te gaan. Gezinsleden en anderen die nauw
contact hebben met een patiënt kunnen eventueel een inenting krijgen.
Die injectie biedt zes weken bescherming.
Veelgestelde vragen
* Hoe lang is iemand met hepatitis A besmettelijk? Ongeveer
twee weken: vanaf een week voordat de patiënt koorts of een gele huid
heeft tot een week na het begin van de ziekte. In deze periode bevat de
ontlasting namelijk de grootste hoeveelheid van het virus.
* Hoe vindt de besmetting via een toilet precies plaats? De
toiletbril, de spoelknop en andere voorwerpen in het toilet kunnen
besmet zijn. Door contact met deze voorwerpen kan het virus op de handen
en daarna in de mond terechtkomen.
* Kan hepatitis A ook overgedragen worden door seksuele contacten?
Ja, het hepatitis A-virus kan ook overgedragen worden door orale en
anale seks (likken van de geslachtsdelen en anus).
* Wie lopen de meeste risico om ernstig ziek te worden? Mensen met
hepatitis C of een andere leverziekte en ouderen lopen meer risico op
een ernstig verloop van hepatitis A.
* Is hepatitis A een dodelijke ziekte? De kans is heel klein: ten
gevolgde van hepatitis A sterft 0,4 tot 1,1% van de patiënten,
voornamelijk ouderen.
* Moet je met hepatitis A thuis blijven? Dat hangt van de leeftijd
af: Een klein kind (tot 4 jaar) hoeft niet thuis te blijven. Als
kinderen met hepatitis A zich goed voelen, kunnen ze gewoon naar het
kinderdagverblijf of de peuterspeelzaal. Het kind was al besmettelijk
voor anderen voordat de ziekte zich geopenbaard had. Informeer wel de
leiding dat het een besmettelijke ziekte betreft.
Kinderen op de basisschool, jongeren en volwassenen met hepatitis A
moeten minstens een week thuisblijven nadat ze geel zijn geworden.
Hepatitus B
Hepatitis B is een ontsteking van de lever die
veroorzaakt wordt door een virus. Door deze ontsteking worden de huid en
het oogwit geel, de urine wordt donker.
Hepatitis B is een ernstige ziekte omdat:
* er blijvende schade aan de lever kan optreden
* het soms gebeurt dat iemand die besmet is, zijn leven lang
besmettelijk blijft.
Hoe wordt de ziekte overgedragen?
Het hepatitis-B-virus bevindt zich in het bloed en in het
sperma van mensen die besmet zijn. Het virus wordt op iemand anders
overgedragen als die zich verwondt met een voorwerp dat met besmet bloed
in aanraking is geweest. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren door een
niet-steriele naald, bij het tatoeëren of bij het maken van oorgaatjes.
Ook via sexueel contact kan het virus worden overgebracht.
Wat gebeurt er bij een infectie?
Iemand die besmet is merkt daar in het begin niets van. Het kan
wel drie tot zes maanden duren voordat de verschijnselen die bij de
leverontsteking horen, optreden. Deze zijn: moeheid, slechte eetlust,
donkere urine en gele verkleuring van de huid en van het oogwit. Sommige
mensen hebben àl deze verschijnselen, anderen zijn bijvoorbeeld alleen
maar moe of hebben alleen maar geel oogwit. Soms treden deze
verschijnselen zelfs helemaal niet op. Na de besmetting maakt het
lichaam anti-stoffen, die het binnengedrongen virus gaan bestrijden. Het
herstel kan maanden duren en er zijn geen medicijnen. Eén op de honderd
gevallen verloopt dodelijk.
Blijvende besmetting?
In vijf tot tien procent van de gevallen worden er geen
antistoffen gevormd. Men herstelt wel, maar het virus verdwijnt niet.
Het blijft het verdere leven in het lichaam. Iemand die blijvend
virus-drager is, kan voortdurend leverklachten hebben, die vooral op
oudere leeftijd problemen zullen veroorzaken. Bovendien blijft zo iemand
een besmettingsbron voor anderen.
Hoe vaak komt het voor?
Wereldwijd zijn circa 350 miljoen mensen drager van het virus.
Wat doe je eraan?
Sommige mensen lopen meer dan anderen het risico besmet te
worden. Je hoort daarbij als je:
* een sexuele partner heeft die hepatitis-B-patiënt of virusdrager is`
* wisselende sexuele contacten heeft`
* door uw werk regelmatig in contact komt met bloed.
In deze gevallen is het raadzaam je te laten inenten met het
hepatitis-B-vaccin. De bescherming door het vaccin duurt drie tot vijf
jaar.
Een hepatitis-B-vaccinatie bestaat uit drie inentingen. Een maand na
de eerste inenting wordt de tweede gegeven. Vijf maanden daarna volgt de
derde. Na deze laatste inenting wordt het bloed onderzocht om na te gaan
of voldoende anti-stoffen zijn gemaakt. Ook vooraf kan het bloed worden
onderzocht. Iemand die al anti-stoffen heeft, hoeft zich niet te laten
vaccineren.
Hersenvliesontsteking
Hersenvliesontsteking begint meestal met koorts en
daarna treden diverse klachten op, waaronder hoofdpijn en nekstijfheid.
Daarom spreekt men vaak van nekkramp. Het is een gevreesde ziekte omdat
het vooral bij kleine kinderen ernstige gevolgen kan hebben. Door een
tijdige behandeling met antibiotica is genezing goed mogelijk. In
Nederland worden kinderen tegenwoordig ingeënt tegen één bepaalde vorm
van hersenvliesontsteking (de Hib-vaccinatie).
Wat is het?
Hersenvliesontsteking wordt veroorzaakt door een bacterie. Deze
zogenaamde meningokok-bacterie bevindt zich als een onschuldige gast in
de neus- en keelholte van veel mensen. Bij spreken, hoesten en niezen
komen piepkleine druppeltjes met bacteriën vrij. U kunt besmet raken als
je nauw contact heeft met een zieke of iemand die de bacterie al in de
neus of keel heeft. Het merendeel van de mensen heeft er dus geen last
van en wordt niet ziek.
Wanneer deze bacterie echter door de beschermende slijmvlieslaag van
de neus heendringt en in het bloed terechtkomt, kan je ziek worden. Een
hersenvliesontsteking (meningitis) of een bloedvergiftiging (sepsis) is
het gevolg. De ziekte wordt bestreden met antibiotica in het ziekenhuis.
Snelle behandeling is noodzakelijk.
Ziekteverschijnselen
Een hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging kunnen langzaam,
maar ook heel plotseling beginnen. Een zieke krijgt meestal eerst koorts
en krijgt daarna last van:
* spierpijn
* hoge koorts met koude rillingen
* misselijkheid en braken
* nekstijfheid
* hoofdpijn, vooral bij het buigen van de nek
Bij een bloedvergiftiging komen daar de volgende
verschijnselen bij:
* paars-rode vlekjes op de huid, zogenaamde `huidbloedinkjes`, die
zichtbaar blijven als je erop drukt
* sufheid
Vanwege een van de symptomen spreekt men vaak van `nekkramp`. Deze
naam is echter verwarrend. Want niet altijd krijgt men pijn in de nek of
hoofdpijn! Bij een sepsis (bloedvergiftiging) kunnen de klachten afwezig
zijn of pas laat optreden.
Wanneer iemand de beschreven ziekteverschijnselen heeft en je de
situatie niet vertrouwt, moet je contact opnemen met de huisarts. Neem
onmiddellijk contact op, wanneer je de rode vlekjes op de huid niet kunt
wegdrukken. Wanneer de huisarts niet met spoed beschikbaar is, dien je
naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis te gaan.
Kleine kinderen
Bij kleine kinderen is deze ziekte vaak lastig vast te stellen.
De klachten zijn namelijk vrij algemeen, terwijl bij een baby moeilijk
te bepalen is of hij bijvoorbeeld hoofdpijn heeft. Een baby, die besmet
is met de meningokok-bacterie, ziet er mogelijk grauw of slaperig uit en
vertoont het volgende gedrag:
* algemeen ziek
* drinkt slecht
* mogelijk prikkelbaar
* huilt ongewoon, vooral bij het verschonen van de luier
* maakt onwillekeurige schokjes met het lichaam
Hoe vaak komt het voor?
Bij een op de vijf Nederlanders zit deze bacterie in de neus-
en keelholte zonder dat ze ziek worden. De kans om na besmetting ziek te
worden is zeer klein. Onduidelijk is waarom de een wel ziek wordt en de
ander niet. Waarschijnlijk heeft het te maken met een verminderde
weerstand.
In Nederland krijgen ongeveer 700 mensen per jaar verschijnselen van
een meningokokkenziekte (waaronder hersenvliesontsteking). Meestal
betreft het kinderen, omdat zij nog minder afweer hebben opgebouwd dan
volwassenen. Want hoe langer iemand de bacterie bij zich draagt, hoe
meer weerstand hij ertegen opbouwt.
Wat doe je eraan?
Afgezien van het vaccin tegen één bepaalde vorm van
hersenvliesontsteking (de Hib-vaccinatie), bestaat er nog geen vaccin
tegen meningokokkenziekte. Wel kunt u algemene maatregelen nemen om te
voorkomen dat de ziekte zich verspreidt:
* ·voorkom extreme oververmoeidheid
* ·zorg voor goede voeding
* ·niet niezen of hoesten in andermans gezicht (hand voor de mond en
neus en gebruik het liefst een papieren zakdoek)
* ·was de handen voor het eten en na het toilet
* ·lucht kamers en lokalen goed door (regelmatig ramen openzetten)
* rook niet in ruimten waarin kinderen verblijven, ook niet in huis
Het is niet nodig om kinderen thuis te houden of een peuterspeelzaal
of school te sluiten. Dit helpt niet de ziekte te voorkomen. Gezinsleden
en huisgenoten van de patiënt krijgen eventueel medicijnen om de ziekte
te voorkomen.
Veelgestelde vragen
* Kun je een ander besmetten door zoenen? Ja, je kunt de
bacterie overdragen op iemand anders. Zelden wordt de ander echter ziek.
* Hoe zien de huidbloedinkjes eruit die bij sepsis
(bloedvergiftiging) voorkomen? Het zijn paars-rode puntjes van een tot
twee millimeter groot en ze komen voor op de romp en de ledematen. Later
kunnen de stipjes vervloeien tot grotere vlekken. Als u ze probeert weg
te drukken (bijvoorbeeld met een drinkglas) verdwijnen ze niet. Wanneer
je rode vlekjes niet kunt wegdrukken, neem dan onmiddellijk contact op
met de huisarts.
* Kun je ook ziek worden als je geen contact hebt gehad met een
patiënt? Ja, want de bacteriën zweven in de lucht en iedereen kan ze
inademen, waardoor ze in de neus- en keelholte terechtkomen.
Hoogteziekte
Hoogteziekte (ook genoemd Acute Mountain Sickness,
afgekort AMS) kan optreden bij mensen, afkomstig uit het laagland, die
tot boven 2000 meter stijgen. Hoe sneller je stijgt, hoe groter het
risico is dat je hoogteziekte krijgt.
Wat is de oorzaak?
Op grote hoogte is er minder zuurstof in de lucht dan op
zeeniveau. Door het afnemen van de hoeveelheid zuurstof ontstaat er
zuurstoftekort in de weefsels (cellen). Dit betekent dat je boven 2000
meter hoogte sneller moet ademhalen om per minuut dezelfde hoeveelheid
zuurstof binnen te krijgen als op zeeniveau. Door het sneller ademhalen
(hyperventilatie) wordt te veel kooldioxyde (koolzuurgas) uitgeademd met
als gevolg een verlaagd kooldioxydegehalte in het bloed. Pas na enkele
dagen kunnen de nieren het tekort aan kooldioxyde compenseren. In de
tussentijd gaat je door tekort aan kooldioxyde juist langzamer ademen.
Ook 's nachts tijdens de slaap adem je doorgaans langzamer dan overdag.
Er kan dan een tekort aan zuurstof ontstaan. Het zuurstoftekort in het
bloed is verantwoordelijk voor de klachten bij hoogteziekte.
Klachten kunnen zijn:
* hoofdpijn
* spierzwakte
* misselijkheid
* moeheid
* braken
* slapeloosheid
* verminderde eetlust
* hartkloppingen
* verminderde urineproduktie
* beklemd gevoel op de borst
De klachten die horen bij hoogteziekte ontstaan na een verblijf van
enkele uren tot zelfs enkele dagen op grote hoogte. Als je je niet
overdreven inspant en op dezelfde hoogte blijft, verdwijnen de klachten
in de regel binnen drie tot zeven dagen. Toch kunnen zich twee ernstige
vormen van hoogteziekte ontwikkelen die levensbedreigend kunnen zijn:
longoedeem en hersenoedeem.
* Bij een longoedeem hoopt zich vocht op in de ruimten tussen de
longblaasjes. Dat verstoort de zuurstofuitwisseling tussen de ingeademde
lucht en het bloed. De klachten tengevolge van longoedeem zijn: ademnood
bij inspanning en bij rust, ernstige vermoeidheid, droge en aanhoudende
hoest, een blauwe verkleuring van de lippen, het ophoesten van rozig
slijm en in het ernstigste geval bewusteloosheid (coma) en zelfs de
dood.
* Bij een hersenoedeem komt er steeds meer vocht tussen de
hersencellen en de bloedvaten. Hierdoor wordt de druk in de schedel
hoger. De volgende klachten treden op: hoofdpijn die niet reageert op
pijnstillers, problemen met het zien, sufheid, verwardheid, gestoord
gedrag, duizeligheid, braken, een wankel looppatroon en een verlaagd
bewustzijn. Tenslotte kan je buiten bewustzijn raken of zelfs
overlijden.
Hoe vaak komt het voor?
`Hoogteziekte kwam voor bij mensen die een van de volgende
gebergten beklommen:
- Mount Kenia en Kilimanjaro in Oost Afrika
- Himalaya-gebergte in Nepal en omstreken
- Andes-gebergte in Zuid Amerika
- Rocky Mountains in de Verenigde Staten of Canada
- Alpen en Pyreneeën (zelden)
Mensen met hart- en/of longklachten hebben een verhoogd risico om
hoogteziekte te krijgen.
Wat doe je eraan?
Hoogteziekte kunt u voorkomen door:
* Langzaam te stijgen; niet meer dan 300 meter per dag (zeker boven de
3000 meter)
* Na elke 1000 meter stijgen een dag rust in te lassen
* Te slapen op een lager niveau dan de hoogte die u overdag bereikt
* Voldoende te drinken (alcoholvrij) om uitdroging te voorkomen
* In een goede conditie aan de hoogte-expeditie te beginnen
* Indien je hart- en/of longklachten heeft met de huisarts te overleggen
of het verstandig is om aan een hoogte-expeditie deel te nemen
* Als u in het verleden klachten van hoogteziekte heeft gehad, is
profylaxe met behulp van acetazolamide (Diamox) te overwegen.
Acetazolamide is een middel dat de ademhalingsfrequentie stimuleert. Het
kan onder voorbehoud gebruikt worden. Het geeft vervelende bijwerkingen
en is zeker niet geschikt voor iedere reiziger. Dit middel camoufleert
de symptomen van hoogteziekte en mag dus alleen worden voorgeschreven
aan ervaren bergbeklimmers. Acetazolamide is op recept verkrijgbaar
Wat kan je doen bij klachten? Een afdaling van enkele honderden
meters doet meestal de klachten verdwijnen. Vallen de klachten mee, dan
kan verder worden volstaan met rust, ruim drinken en eventueel
Paracetamol tegen de hoofdpijn. De tocht kan na enkele dagen worden
voortgezet. Bij ernstige klachten is een snelle afdeling van 500 tot
1000 meter en medische behandeling noodzakelijk.
Nog enkele tips
Sommige vliegvelden liggen op grote hoogte. Het vliegveld van
La Paz in Bolivia ligt bijvoorbeeld op 4100 kilometer. Het is raadzaam
om na aankomst op deze hoogte in een lager gelegen gebied te
overnachten, bij voorkeur onder 2500 meter. Daarnaast is het belangrijk
om eerst twee dagen te acclimatiseren, voordat u gaat klimmen.
Reizigers willen de eerste symptomen van hoogteziekte nogal eens
onderschatten of ontkennen. Men wil met de groep mee. Het is belangrijk
dat groepsleden elkaar onderling wijzen op symptomen van hoogteziekte.
Reisleiders moeten altijd een scenario hebben voor onmiddellijke
afdeling, wanneer iemand getroffen wordt door hoogteziekte.
Malaria
Malaria is een infectieziekte die in grote delen van
Afrika, Azie en Zuid-Amerika voorkomt. Het wordt veroorzaakt door
malariaparasieten die na een steek van een mug (Anopheles) in het
lichaam komen. Alleen de vrouwtjesmug steekt, zij heeft bloed nodig voor
het maken van eitjes.
Na besmetting nestelt de malariaparasiet zich in de lever en daarna
in de rode bloedcellen. Tien dagen na de besmetting ontstaat hoge
koorts, gepaard gaande met koude rillingen en zweten, maar ook als een 'griepje'
met hoofdpijn en zonder duidelijke koorts. Daarom moet u bij koorts of
griep die langer dan twee dagen aanhoudt denken aan malaria. Ernstigere
symptomen zijn in coma raken, bloedarmoede, scheuring van de milt of
insulten. Veelal worden deze verschijnselen vooraf gegaan door een
grieperig gevoel. Koorts of "griep" bij iemand die op reis is geweest in
boven genoemde werelddelen, die langer duurt dan twee dagen moet worden
beschouwd als malaria tot het tegendeel bewezen is.
Malaria wordt aangetoond door middel van microscopisch onderzoek van
een druppel bloed waarbij de parasieten zichtbaar moeten zijn.
Hoe vaak komt het voor?
Jaarlijks lopen wereldwijd tussen de driehonderd tot
vijfhonderd miljoen mensen malaria op. In 2000 werden er in Nederland
ongeveer 450 gevallen van malaria gemeld bij de Inspectie (in 1997,
1998, 1999 resp. 223, 250, 453 gevallen).
Het verhoogd voorkomen van de laatste jaren wordt mede verklaard uit
de invoering van de nieuwe wet voor melding van infectieziekten.
Wat doe je eraan?
Je kan malaria voorkomen door bescherming tegen muggenbeten en
door gebruik van anti-malariamiddelen (malariaprofylaxe). Omdat de
malariamug vooral steekt vanaf zonsondergang tot zonsopgang, moet in
deze periode bescherming tegen muggenbeten worden gezocht. De
maatregelen ter bescherming tegen muggenbeten bestaan uit:
* `s avonds slapen in een muggenvrije kamer of onder een intact en goed
sluitend muskietennet. De WHO adviseert de netten met permethrin te
impregneren. Permethrin is niet in Nederland maar wel in het buitenland
in toenemende mate lokaal verkrijgbaar. Het net moet tenminste elk half
jaar, of na 6 keer wassen, opnieuw geïmpregneerd worden.
* het dragen van bedekkende kleding (lange broek, lange mouwen, schoenen
en sokken)
* het insmeren van de onbedekte huid (gelaat en handen) met muggenolie
of een muggenstift welke DEET(diethyltoluamide) bevat. Door de geur die
deze middelen verspreiden worden de muggen verdreven.
Reizigersdiaree
Veel mensen die reizen naar de (sub)tropen denken dat
een verandering van voeding en leefgedrag de oorzaak is van
reizigersdiarree. Meestal zijn echter bacteriën of virussen in voedsel
en water de boosdoeners. De plaatselijke bewoners zijn hier vaak aan
gewend, reizigers niet. Als deze bacteriën of virussen in het lichaam
komen, kunnen klachten ontstaan als: waterige ontlasting, buikkrampen,
misselijkheid, braken, gebrek aan eetlust en (lichte) koorts.
Wat doe je eraan?
Diarree is niet altijd te voorkomen. Maar de kans erop wordt
kleiner als u zich aan de volgende regels houdt:
Eten:
* Bewaar etensresten in een koelkast. Bij lage temperaturen
vermenigvuldigen bacteriën zich langzaam of helemaal niet. In een
koelbox is het niet koud genoeg.
* Verhit het voedsel door en door. Bij temperaturen rond de 100 graden
gaan bacteriën dood en worden de schadelijke stoffen die ze maken
afgebroken.
* Bewaar etenswaren zo, dat er geen ongedierte bij kan.
* Wees extra voorzichtig met vlees, vis, kip, eieren en schaaldieren.
Koop ze vers voor directe consumptie, eet ze nooit rauw of half gaar
(NB. Barbecueën) en bewaar restjes alleen in de koelkast.
* U kunt voedsel ook in blik of glas kopen dat is houdbaar. Maar als het
blik of de pot eenmaal open is: niet bewaren, maar direct opeten of
weggooien.
Drinken:
In een warm klimaat moet je meer drinken dan thuis. Houd daar
rekening mee. Je kan niet altijd zomaar uit de kraan drinken en zeker
niet uit een beekje, ook al ziet het er nog zo helder uit.
* Kook drinkwater 5 minuten door en laat het snel afkoelen. Dek het
water af met een doek tijdens het afkoelen. Bewaar gekookt water niet
langer dan 24 uur.
* Gebruik eventuele tabletten waarmee je het water kunt desinfecteren.
* U kunt ook mineraalwater zonder prik uit flessen gebruiken.
* Verpakte limonades en vruchtensappen zijn veilig, maar na opening
beperkt houdbaar.
* Gebruik voor ijsblokjes gekookt water.
* Melk en melkproducten zijn erg bederfelijk. Je kan ze alleen bewaren
in een koelkast.
* Kook losse melk of melk uit een aangebroken pak of fles dan blijft ze
langer goed.
* Maak flesvoeding voor baby's klaar met gekookt water. Restjes kan je
niet bewaren.
Als u toch diarree krijgt
Door diarree verliest het lichaam nog eens extra veel vocht en
zouten. Het is daarom heel belangrijk dat je dit tekort aanvult door:
* Veel drinken, bij voorkeur (gebotteld) mineraalwater, (slappe) thee,
bouillon. Gebruik liever geen zuivelproducten.
* Na ieder toiletbezoek een oplossing van ORS (Oral Rehydration Salts)
in water drinken. Je kan ORS als zakje poeder kopen bij de apotheek. Er
bestaan verschillende soorten en merken ORS voor verschillende
leeftijden. Het is heel belangrijk dat u het bereidingvoorschrift op de
verpakking juist opvolgt.
Voor volwassenen kan je in plaats van ORS eventueel zelf een drankje
maken. Kook een halve liter water en los daarin 5 theelepels suiker en
een halve theelepel zout op. Gebruik na ieder toiletbezoek ongeveer
200cc (één beker of glas) van deze oplossing.
Waarschuwing
Gebruik stopmiddel als loperamide (Imodium of Diacure) alleen
op voorschrift van een arts. Gebruik het middel niet langer dan twee
dagen. Stopmiddellen mogen niet gebruikt worden bij hoge koorts, of als
er bloed in de ontlasting zit. Meestal gaat reizigersdiarree na ongeveer
drie dagen vanzelf weer over.
Raadpleeg een arts:
* als de diarree na twee dagen niet vermindert
* bij hoge koorts (39C of meer)
* bij bloed in de ontlasting
* bij weinig en donkere urine.
TBC
Tuberculose is een infectieziekte die wordt
veroorzaakt door de bacterie Mycobacterium tuberculosis. De bacteriën
kunnen zich in het lichaam verplaatsen via de bloed- en lymfevaten.
Hierdoor kunnen verschillende organen aangetast worden: longen,
lymfeklieren, hersenen, hersenvliezen, nieren, gewrichten en
wervelkolom. Meestal zijn het de longen. We onderscheiden een
besmettelijke en een niet-besmettelijke vorm van tuberculose (t.b.c). De
besmettelijke vorm heet ook wel open longtuberculose.
Tuberculose wordt overgebracht door hoestende patiënten met open
t.b.c. Hierbij komen de bacteriën uit de longen naar buiten. Personen
die in dezelfde ruimte verblijven kunnen dan worden besmet. Iemand die
besmet is met de tuberkelbacil hoeft helemaal niet ziek te zijn. De
besmetting kan zich na maanden of jaren echter ontwikkelen tot de ziekte
tuberculose.
De symptomen van tuberculose zijn: hoesten, moeheid, lusteloosheid,
gewichtsverlies en een lichte temperatuurverhoging, nachtzweten en
verminderde eetlust. Een Mantouxtest kan een besmetting aantonen,
evenals een Röntgen-foto van de longen, een (Sputum)kweek of
microscopisch onderzoek van opgehoest slijm.
Tuberculose is goed te behandelen met een combinatie van medicijnen.
De medicijnen-kuur duurt een half jaar.
Hoe vaak komt het voor?
De laatste jaren komen er jaarlijks zo`n 1700 gevallen van
t.b.c. voor in Nederland. Na een jarenlange daling van het aantal
patiënten in Nederland was er sinds 1988 weer een stijging waarneembaar.
De cijfers van 1995 tonen voor het eerst weer een daling (1996, 1997,
1998 resp. 1678, 1486, 1189 gevallen).
Waakzaamheid blijft geboden, zeker gezien het ontstaan van
multiresistente bacteriën. Dit zijn bacteriën die ongevoelig zijn voor
de gebruikelijke medicijnen.Vergeleken met de Derde wereld is de
situatie in Nederland bijzonder rooskleurig. In veel landen van de Derde
Wereld is tuberculose nog een van de belangrijkste doodsoorzaken. Een
belangrijke oorzaak van de toename van tuberculose-patiënten in de Derde
Wereld ligt in de opkomst van Aids. Aids-patiënten kunnen niet voldoende
afweerstoffen maken en zijn door hun verminderde weerstand daarom een
makkelijke prooi voor de tuberkelbacterie.
Wat doe je eraan?
* Je kan zelf niet veel doen om het krijgen van tuberculose te
voorkomen. Hooguit kan je ervoor zorgen dat je in een goede conditie
bent.
* Hoesthygiëne is belangrijk. Bij hoesten altijd een zakdoek of een hand
voor de mond daarmee kun je voorkomen dat veel bacteriën rondzweven.
* Iemand die met de tuberkelbacterie is besmet en verder niet ziek is,
kan met een 6 maanden durende pillenkuur (`INH-profylaxe`) voorkomen dat
hij/zij later tuberculose krijgt. De GGD verzorgt deze behandeling.
* Er wordt een vaccinatie gegeven aan kinderen die regelmatig op
familiebezoek gaan in een land waar tuberculose veel voorkomt. Ook
mensen die voor langer dan zes maanden naar een land gaan waar
tuberculose veel voorkomt komen eventueel ``in aanmerking voor een
vaccinatie. De vaccinatie geeft geen volledige bescherming, maar
voorkomt wel de mogelijke ernstige gevolgen, zoals
hersenvliesontsteking.
Tekenbeet
Een teek ziet eruit als een spinnetje en zit vooral
in bossen en struiken. Door een tekenbeet kun je de ziekte van Lyme
krijgen. Deze ziekte kan ernstige gevolgen hebben als je er niets tegen
doet. Wanneer je de teek binnen 24 uur uit de huid haalt, is de kans op
besmetting minimaal. Hoe weet je of je besmet bent? Meestal krijg je een
rode ring op de huid, rondom de plaats van de beet of je voelt je
grieperig. Ga dan naar de huisarts.
Wat is het?
Door de beet van een teek kun je de ziekte van Lyme krijgen.
Als dit spinachtige diertje namelijk besmet is, kan hij de ziekte
overbrengen op mensen en dieren. Deze infectieziekte kent drie
opeenvolgende stadia met steeds ernstigere klachten. Het is dus
belangrijk om een teek snel op te sporen en goed te verwijderen. Want
als je dit binnen 24 uur op de juiste wijze doet, loop je vrijwel geen
risico.
Ziekteverschijnselen
* Bij het eerste stadium (tussen de drie dagen en drie weken na de
beet) horen enkele vrij algemene klachten. Meestal komt rond de plaats
van de beet een rode, ringvormige uitslag, die zich geleidelijk
uitbreidt. Je kunt je grieperig voelen en allerlei klachten krijgen:
hoofdpijn, spierpijn, keelpijn, koorts en vermoeidheid.
* In het tweede stadium (enkele weken of maanden na de beet) kunnen
er (zeer) ernstige klachten ontstaan: uitstralende pijn in je arm of
been, een scheefstaand gezicht, dubbel zien, neiging tot flauwvallen en
hartritmestoornissen. Ook pijn aan botten, spieren en gewrichten kan in
dit stadium voorkomen.
* In het derde stadium (maanden tot zelfs jaren na de infectie)
krijgt de patiënt soms last van ernstige pijn en zwelling van gewrichten
(vooral in de knie), ernstige loop- of oriëntatiestoornissen of ernstige
ontstekingen van de huid aan de voeten en handen.
De ziekte is in elk stadium vrijwel altijd goed te genezen met
antibiotica. Het lastige is echter dat je soms de eerste verschijnselen
niet goed waarneemt. Dan zal een arts bij de klachten die horen bij
stadium twee of drie niet direct denken aan een tekenbeet. Daarom is het
belangrijk alert te zijn op tekenbeten.
Hoe vaak komt het voor?
De ziekte van Lyme komt in Nederland vaak voor. In ons land is
gemiddeld 14% van de teken besmet met Lyme, maar dit verschilt per
gebied. De kans op de ziekte van Lyme na een tekenbeet is echter veel
geringer (minder dan 1%). Zowel kinderen als volwassen kunnen de
Lyme-ziekte krijgen.
In bossen en natuurgebieden loop je risico op een tekenbeet. Vooral
in de zomermaanden: je bent dan 'onbedekt' en er zijn meer teken.
Teken zitten vooral:
* in dicht begroeide gedeelten van het bos
* op toppen van grassprieten (op een tot anderhalve meter hoogte)
* in laag struikgewas (bijvoorbeeld in een bosbessenstruik), vooral aan
de bosrand of langs veldwegen.
Wat doe je eraan?
Je kunt maatregelen nemen om de kans op tekenbeten te
verminderen:
* Blijf op de paden in natuurgebieden.
* Vermijd contact met struikgewas en hoog gras.
* Draag kleding met lange mouwen, een lange broek en dichte schoenen.
Stop de pijpen van de broek in de sokken.
* Gebruik muggenolie of een muggenstick (met circa 30% DEET) op de
onbedekte huid.
* Zet kleine kinderen een petje of hoedje op.
Hoewel je door de bovenstaande maatregelen niet veel risico meer
loopt, is het goed om 's avonds de huid op teken te controleren. Kijk
vooral naar warme plekken, zoals de oksel, lies, bilnaad, knieholten en
bij kinderen ook het hoofd, in de hals en achter de oren.
Hoe verwijder je een teek?
Bijt een teek zich vast, probeer deze dan zo snel mogelijk goed
te verwijderen. De parasiet heeft namelijk tijd nodig om zich vol bloed
te zuigen. Hoe meer tijd de teek heeft, hoe meer kans op besmetting.
Het verwijderen is een secuur werkje:
* Pak de teek tussen duim en wijsvinger (of met een pincet) zo dicht
mogelijk bij je huid.
* Trek hem voorzichtig recht omhoog naar buiten (met een licht draaiende
beweging).
* Ontsmet daarna het wondje met alcohol (70%).
Het is slim om de datum van de beet even te noteren voor als je later
toch klachten krijgt. Controleer de eerste drie weken de huid rondom de
beet. Als er een rode ring ontstaat of als je griepachtige
verschijnselen krijgt, moet je de huisarts raadplegen.
Een speciale tekentang, een soort pincet, is te koop bij de drogist
en de apotheek .
Veelgestelde vragen
* Kun je een teek met het blote oog zien? Ja, want deze
parasiet is 1 tot 3 millimeter groot.
* Kun je je inenten tegen teken? Nee, er bestaat geen vaccin tegen.
* Kun je de ziekte van Lyme meerdere keren krijgen? Ja, elke keer als
een teek je bijt kun je de ziekte krijgen.
* Wat gebeurt er precies als je gebeten wordt door een teek? Als de teek
op je huid zit, bijt hij zich vast aan je huid en zuigt bloed op. Als
deze teek besmet is, kan de bacterie door de beet van de teek in het
lichaam terechtkomen. Vervolgens kan je ziek worden.
* Kan een teek alleen van boven komen? ('hij laat zich op iemand
vallen') Nee, een teek kan ook bijvoorbeeld langs een been omhoog
kruipen en zich daar vastbijten.
* Mag je een teek verdoven met alcohol of een sigaret voordat je deze
verwijdert? Nee! Gebruik geen alcohol als de teek er nog in zit. Want
dan braakt de teek alsnog haar maaginhoud met de bacteriën uit en is de
kans op besmetting nog groter.
* Wie lopen er risico op teken? Mensen en dieren die regelmatig van de
paden in natuurgebieden en bos afwijken lopen meer risico. Bijvoorbeeld
bosarbeiders, jagers en loslopende honden. |